De Koppestokstraat

Koppestok was een veerman die in de zestiende eeuw werkzaam was bij Brielle. In 1572 besloten de Watergeuzen Brielle in te nemen.

Koppestok zou Bloys van Treslong hebben verteld dat in Brielle geen Spaans garnizoen was. De stad werd geplunderd en er werden diverse wreedheden begaan, waaronder de moord op de martelaren van Gorcum. – bron: Wikipedia.

De Koppestokstraat is slechts ten dele ‘Zuilens’. De grens met Utrecht liep ongeveer ter hoogte van nummer 37: alle hogere nummers hoorden tot de gemeente Zuilen, de lagere nummers hoorden bij Utrecht.

Overigens: in de, na de annexatie, door de gemeente Utrecht gehanteerde wijkgrens hoort de Koppestokstraat wél volledig bij de wijk Zuilen.

We maken een wandeling door de straat en vertellen u wat we aan informatie kregen van twee voormalige bewoners van de Koppestokstraat, de heren Beerthuyzen en De Rooij.

Voordat we gaan ‘wandelen’ is het van belang te weten dat veel van de woningen in de Koppestokstraat al jaren geleden gesloopt werden. Veranderende wooneisen maakte dat de woningen vervangen werden door nieuwbouw. Onze wandeling doen we door de straat in de nog oude situatie.

Ook goed om te weten is dat de woningen in deze straat tussen de Blois van Treslongstraat en de Van der Marckstraat (het Utrechtse deel van de straat) huurwoningen zijn, terwijl de woningen voorbij de Van der Marckstraat (grotendeels het Zuilense deel) koopwoningen zijn.

De bewoners van de huurwoningen in deze straat verhuisden zeer vaak. Zó vaak, dat het behang soms met punaises werd vastgemaakt, dan kon het bij het betrekken van een andere woning worden meegenomen!

Kinderen De Rooij staan voor het kolenhok. Onder de klep in het midden werden de kolen geschept.

De huurwoningen werden aan de achterzijde voorzien van een kolenhok. Dit vraagt voor de huidige generatie enige uitleg. Er is een tijd geweest dat vrijwel iedereen kolen stookte. Dat was een heel gedoe. Aan het eind van de zomer, tegen de herfst, kwam de ‘kolenboer’ de kolen brengen. Antraciet, eitjes, vijfjes en briketten waren de gebruikelijke soorten die verstookt werden. Ze waren bestemd voor de kolenkachel. Zo’n kachel stond in de huiskamer. Daarmee was de huiskamer in de meeste gevallen ook het enige vertrek in het huis dat werd verwarmd.

In één keer de hele kolenvoorraad van de komende winterperiode in de kachel stoppen was er natuurlijk niet bij. Daarvoor hadden de bezitters van een kolenkachel een ‘kolenhok’.

Vanuit de stad richting Zuilen zit rechts op de hoek Nicolaas Ruychaverstraat de slagerij. Tussen de woningen met de nummers 3 en 5 waren twee houten deuren. Deze gaven toegang tot het schildersbedrijf van A. Geesink.

Op nummer 7 zat ‘vloerlegger’ H.J. Kerkdijk. Een paar huizen verder, op nummer 11 woont de familie de Rooij. Nummer 19 was van IJzendoorn, behanger en stoffeerder.

De hoek met de Van der Marckstraat werd de winkel van Henk Pot.

Over de even zijde is minder te vertellen. ‘Op nummer 10 woonde Christiaanse, in de straat bekend als chauffeur bij het GEVU. De heer Kippers van nummer 22 werkte als timmerman voor de gemeente Utrecht en metselaar Hulsdouw van nummer 34 is later aannemer geworden. Hij heeft diverse werken op zijn naam staan.

Deze school aan de Koppestokstraat, begon als Utrechtse Openbare Lagere School. Foto van Het Utrechts Archief.

In 1929 werd op nummer 38 een openbare lagere school geopend. De school ging na vier jaar dicht, in verband met ‘inkrimping bij het onderwijs’.

In 1936 diende het parochiebestuur van de St.-Salvator parochie een verzoek in ‘om vier lokalen van het schoolgebouw aan de Koppestokstraat voor een te stichten school beschikbaar te stellen’.

Dit verzoek werd gehonoreerd en op 2 september 1937 deed de krant melding van de opening van de nieuwe school. Burgemeester Fockema Andreæ is dan niet bij aanwezig, het is een school voor rooms-katholiek onderwijs geworden, de Salvatorschool. Deze keer is een van de sprekers pastoor Ariëns.

De leiding van de school kwam in handen van de zusters van de Salvatorparochie. Enige opvolgende jaren wordt financiële steun gevraagd voor uitbreiding van de school, de bijbehorende speelplaats, leermiddelen (waaronder een trapnaaimachine), markiezen, enz.

De woning aan de Koppestokstraat 81 is versierd, de familie staat klaar om G. van ’t Land welkom thuis te heten. Hij was een van de Zuilense Nederlands-Indië-gangers.

Meer weten over de Koppestokstraat en/of Zuilen: www.museumvanzuilen.nl

Facebook reacties