Over het straatvoetbal in Zuilen en Utrecht-noord

Over straatvoetbal, het is een inmiddels volkomen verdwenen fenomeen: maar er was zelfs een straatvoetbalfeest! Georganiseerde wedstrijden tussen de jeugd van verschillende straten. De spelletjes spelen zich nu af op een scherm, maar dáár komen geen ‘Van Basten’s’ van! Over het wekenlang durende toernooi schreef men in het Utrechts Nieuwsblad van 9 juli 1962 het volgende:

straatvoetbal

Het straatvoetbal-feest dat de Jeugd weer enkele weken tot begin augustus aangenaam zal bezig houden, is zaterdagmiddag op het sportveld aan de Boisotstraat met een kort toespraakje door de heer Verdaasdonk geopend. Daarna deed de vijf-jarige Rudi Smeding de aftrap bij de openingswedstrijd tussen de „Amsterdamsestraatweg” (zittend) en KSB (staand). Het werd in de met de vlaggen versierde speeltuin een aardig duel, dat uiteindelijk met 10-0 gewonnen werd door de mannen KSB. Scheidsrechter Van de Berg leidde goed. Tijdens de wedstrijden, die allen gehouden worden in de Boisotstraat en de Irenelaan zal gecollecteerd worden ten bate van het Prinses Beatrix Poliofonds. Voor vanavond staan op het programma aan de Irenelaan: HEC-SDO en Jong Leven-VVG, aan de Boisotstraat: KSB-Sportivia (P) en Geuzenwijk-Amandel Boys. Aanvang der wedstrijden 6.45 uur en 7.30 uur. Morgenavond luidt het programma: Irenelaan: Sportivia-HSS en Huygense Boys-Geraniumstraat, Boisotstraat: Real Utrecht-Centrum (P) en Transwijk-’t Zand.

Over de Oranje-groep uit Zuilen

Wat we tegenwoordig scouting noemen was vroeger padvinders, verkenners, gidsen en kabouters. Maar dat er vaak met veel plezier gespeeld en geleerd werd en wordt is duidelijk. En de dames van de Oranje-groep uit Zuilen waren goed, zo blijkt uit dit knipsel uit het Utrechts Nieuwsblad van 8 juli 1957:

 

Tienduizenden padvinders streden in radiospel

Stadhuis Utrecht was centrum van telefonische eindspurt

… De meisjes van de Oranje-groep van het N.P.G., in hun groepshuis aan de Plesmanlaan, werkten met gips dat het een lust was, beschilderden eieren, en hadden heel wat moeite vóór “Ome Loeks” kon weerklinken, want een carillon stemmen van ongelijksoortige flessen valt blijkbaar niet mee! …scouting

Geen foto van de in het bericht beschreven gebeurtenis. Wel deze van de Oranje-groep in 1968. links de achterkant van de flats aan de Plemanlaan en rechtsachter het clubhuis. 

Over De Rollende Rijders uit Zuilen.

De Rollende Rijders uit Zuilen, reden door heel veel steden in Europa! En bij de introductie van skeelers werden zij uitgenodigd voor een optreden voer het maken van een promotiefilm (jammer genoeg in Amsterdam, maar toch!) In het Utrechts Nieuwsblad van 7 juli 1958 deed men verslag van een wedstrijd hier in Zuilen:

 

Rini v. Deudekom: beste rolschaatser

(Van een verslaggever)

De 12-jarige Rini van Deudekom werd zaterdag tijdens de finale van de rolschaatswedstrijden aan de Prinses Margrietstraat in de Utrechtse wijk Zuilen, georganiseerd door „De Rollende Rijders”, algemeen rolschaatskampioen 1958 van Utrecht. Zijn gemiddelde rondetijd was 16 seconden; zijn gemiddelde uursnelheid bedroeg 22,5 kilometer.

Rini werd door deze goede prestatie winnaar van de wisselbeker, die het Utrechtsch Nieuwsblad voor de kampioen beschikbaar stelde.

Voor deze finale was veel belangstelling. Tevens genoten de aanwezigen van de aantrekkelijke rolschaatsshow „Het toverbos”, uitgevoerd door leden van de KRC „Dordt”, die een uniek schouwspel van fantastisch rolschaatsen lieten zien.

De uitslagen van de rolschaatskampioenschappen 1958 zijn als volgt:

meisjes: 8 tot 10 jaar — 1. Joosje van Deudekom, 21.8 sec; 2. Corrie van Mechelen. 10—12 jaar — 1. Joke Portenge, 20,7 sec, 2. Lenie Nellen. 12 jaar en ouder — 1. Toos Verheul, 17.9 sec, 2. Lida Laterveer.

Jongens 8—10 jaar — 1. Henk Timmermans, 18.9 sec, 2. Freek de Bruin. 10—12 jaar — Rini van Deudekom 16 sec, 2. Leo van Dalen. 12 jaar en ouder — Bobby de Groot, 18 seconden, 2. Gerard van Riet.

 RijdersDe jongens en meisjes, die zaterdag bij de rolschaatsfinale van de vereniging „De rollende rijders” in de prinses Margrietstraat met de eerste prijzen gingen strijken, maakten met grote boeketten in de arm een ererondje.

 

 

Werkspoor maakte ook veel bussen, o.a. de ATO bus.

De ATO bus. Alweer een stukje Werkspoor om trots op te zijn. Dit stond in Het Centrum van 6 juli 1927, negentig jaar geleden dus…

Het spoorweg autobusbedrijf.

Een bestelling bij Werkspoor.

Naar de Utr. Crt. verneemt, zijn door de A(lgemeene) T(ransport) O(nderneming) een aantal carrosserieën besteld voor haar autobussen.

Deze bussen zullen plaats bieden aan 30 a 40 personen en van hetzelfde type zijn als de bussen geleverd aan de gemeenten Utrecht, den Haag en Rotterdam.

ATO bus

Ook de fabriek Werkspoor zelf was trots op de nieuwe bus. Dus werd er een mooie foto van gemaakt. (Als ik hiernaar kijk mis ik wel de gordijntjes in de huidige bussen van het openbaar vervoer!)

ATO bus

Op de ‘Werkspoortafel’ in het Museum van Zuilen wordt de bus ook al grondig bekeken.

Over het jubileum van de heer C.A. van Hees (en Van Hees zelf)

Een dubbelslag is dit bericht eigenlijk wel: In het Utrechts Nieuwsblad van 5 juli 1960 wordt gewag gemaakt van een bijzonder jubileum, maar ook een bijzondere jubilaris. De heer Van Hees was beroemd in ‘heel Zuilen en omstreken’:

De heer C.A. van Hees, Bernard de Waalstraat 25 te Utrecht, is een bekende figuur in de wijk Zuilen en bij Werkspoor. Dat bleek vandaag bij de huldiging die de magazijnchef van Werkspoor, ter gelegenheid van zijn veertigjarig dienst jubileum werd bereid bij hem thuis en op een vanmiddag gehouden receptie in hotel Noord-Brabant. Jhr. J.E.W. Twiss Quarles van Ufford (rechts) spelde de jubilaris de eremadaille verbonden aan de orde van Oranje Nassau, in zilver op. Ir. J. van Zwet, directeur, overhandigde een jubileum geschenk onder couvert namens Werkspoor. Ook vele collega’s kwamen in woord en geschenk jubilaris Van Hees in het zonnetje zetten. De gehuldigde, die als veertienjarige bij Werkspoor Utrecht is begonnen, heeft o.a. veel gedaan voor het kerk- en schoolbestuur van de r.k. Sint Ludgerusparochie.

Van Hees

De heer Van Hees, zeer gewaardeerd lid van de woningbouwvereniging ‘Zuilen’, er werd zelfs een straat naar hem vernoemd.

Geen aardappel! Voor het volgende knipsel is het interessant om eerst even het bercht op Wikipedia te lezen over de ‘Aardappeloproer’ van 1917:

‘In het begin van de twintigste eeuw kwam er meer voedsel binnen het bereik van arbeiders. De Eerste Wereldoorlog bracht daar verandering in. Nederland was niet in oorlog, maar ondervond wel hinder van de omstandigheden. De in- en uitvoer van goederen stagneerde. Brood en ander voedsel ging op de bon en er kwamen gaarkeukens. In januari 1917 was een rantsoen voor brood ingesteld. Op 28 juni 1917, toen er geen aardappel meer te krijgen was, werd in de volkswijken van Amsterdam bekend, dat er in de Prinsengracht een schip met aardappelen lag, bestemd voor het leger. De vrouwen uit de Jordaan stroomden toe en onder leiding van onder meer Bertha de Vries-De Hondt plunderden zij de schuit om hun gezinnen te kunnen voeden. Op de Oostelijke eilanden plunderden vrouwen treinwagons met aardappelen. Er was een groot tekort aan aardappelen, volksvoedsel nummer één. Wethouder Josephus Jitta wilde dat het volk haar eetgewoontes wijzigde en rijst ging eten dat wel voorradig was.’

Zo is de vermelding van de staking in het Utrechts Nieuwsblad van 4 juli 1917 beter te begrijpen.

Stakingen.

Ook bij Werkspoor (de Ned. Fabr. van Werktuigen en Spoorwegmaterieel) hebben gisteren 300 a 400 arbeiders uit protest tegen de aardappelpolitiek van de regeering het werk neergelegd, sommigen met het voornemen vandaag weer aan het werk te gaan, anderen met het doel, het werk te blijven staken totdat er weer voldoende aardappelen aanwezig zullen zijn.

De Vierdaagse van Nijmegen en Zuilen

Via de Adriaan Mulderstraat komt de Nijmeegse Vierdaagse ook nog even langs in de Zuilense geschiedenis. U leest erover in het Utrechts Nieuwsblad van 28 juli 1962

 

Oud-Utrechter masseerde in Nijmegen

De heer Schouten, die 3 juli in Holland arriveerde, keerde gisteren terug van de Nijmeegse vierdaagse, waar hij als lid van het Nederlands Vennootschap voor Heilgymnastiek en massage, de wandelaars de nodige lichamelijke steun heeft gegeven.

De heer Schouten emigreerde enkele jaren geleden naar Amerika, waar hij nu in Seattle in de staat Washington woont. Vroeger had hij ook reeds zijn krachten op een dergelijke wijze aan de wandelaars geschonken en na overleg met de heer Smit uit Rotterdam nam hij vakantie op om in de „Wedren” te Nijmegen de lopers weer terzijde te staan.

Het werk is hem overigens niet vreemd, want hij werkt in de States als Physical Therapist, hetgeen daar een staatsbetrekking betekent.

De zes weken vakantie brengt hij door bij zijn broer in de Adriaan Mulderstraat. De nu 46-jarige, is in de turnwereld geen onbekende, twee maal staat zijn naam gegrift in de steen in de gymnastiekzaal van de Zuilenstraat, waar de winnaars van de Stichtse turnkring een plaatsje krijgen.

vierdaagse

En nu maar zoeken naar iemand uit Zuilen die door de heer Schouten werd gemasseerd…

Nieuwbouw Stevens Fundatie in de Prinses Margrietstraat

Stevens Fundatie ‘moest’ weg uit de Utrechtse binnenstad en besloot tot nieuwbouw in Zuilen. Ook deze woningen zijn inmiddels weer afgebroken en vervangen door nieuwbouw. In het Utrechts Nieuwsblad van 2 juli 1960 lezen we over de opening van de eerste nieuwe woningen van de Stvens Fundatie.

Stevens fundatie

Vanochtend werden om kwart voor twaalf de nieuwe woningen van de Stevensfundatie te Utrecht aan de Prinses Margrietstraat officieel in gebruik genomen. U ziet hier bij de bezichtiging van links naar rechts de heer J.G. Drewes, directeur van het gemeentelijk huisvestingsbureau, mr. J.H. des Tombe, voorzitter van het college van regenten (die naar de huizen wijst), burgemeester en mevrouw De Ranitz, wethouder A.P.G. van Koningsbruggen en de heer M. van der Molen, regent.

Over de Deutzenia in het Julianapark.

De Tuin van Kol, aangelegd door Copijn, met als doel de ‘burgerij’ kennis te laten maken met planten – zoals de Deutzenia – en dieren. dat is aardig gelukt. Na het overlijden van Jan Kol III hebben de erven Kol de tuin verkocht aan de gemeente Utrecht. Het werd kort daarop: Julianapark. Het park werd verder uitgebreid en regelmatig beschreef een journalist de pracht en praal van het park. (Vooral in de Tweede Wereldoorlog als de cencuur veel verbiedt.) Zo lezen we in het Utrechts Nieuwsblad van 1 juli 1940

Julianapark in den overgang van voor- naar midzomer

——

Het luisterrijke seizoen van rijkelijken bloei van bomen en heesters spoed alweer te einde. Thans bloeien nog de Deutzia’s en spirea’s en geuren nog de bloesems van jasmijn en van linde.

De vroegbloeiende rozen zijn al over haar hoogtepunt heen, maar er volgen nog tal van zomer- en herfstrozen.

Momenteel trekken de overdadig bloeiende lavendels in de Ericavallei aan den voet van het terras van Café Juliana de aandacht.

Naarmate de planten in het Julianapark thans bij den overgang van den voor- naar den midzomer in mindere mate op de voorgrond treden, schenke men zijn belangstelling aan het eveneens in dit park te bewonderen dierenleven.

In de hertenkamp dartelen vier jonge damherten naast hun moeders. Van tijd tot tijd houden ze wedstrijden in het in woeste vaart over het ruime grasveld galoppeeren. Bij het hooren van hun moeder’s roep, een zacht geblaat, rennen de kindertjes ademloos naar moeder terug. Om weer op krachten te komen mogen ze zich daarna laven aan de moedermelk.

De hertebokken, die in ’t voorjaar hun gewei hebben afgeworpen, dragen nu alweer het a.s. bastgewei, een met vel overtrokken voorloopig gewei, waaruit binnen enkele weken het nieuwe gewei zal ontstaan.

In de rotonde merken we een mooie verzameling parkieten op, waaronder grasparkieten in groen, gele en blauwe kleur.

De jonge waterhoentjes, Casarca’s, Magelhaen – en Toulouseganzen, alsmede de kalkoen – en de zilverfazantkuikens groeien voorspoedig op.

In de nieuwe volière zien we kuikentjes van de gewone- en van de witte boschfazanten met hun pleegmoeder, een bruine krielkip.

Binnenkort worden kuikens verwacht van de pauwen en van de parelhoenders, alsook van de goudfazanten.

Voor den planten- als voor den dierenliefhebber blijft het Julianapark aldus een stadstuin, die hen volop doen genieten.

Deutzenia

De Deutzenia, zoals die beschreven staat in dit artikel.

Over een Natuurspel in het Julianapark.

Lijkt me best voor herhaling vatbaar: een puzzeltocht – natuurspel – dat zich gedurende twee maanden afspeelt in het Julianapark. En… hoe meer deelnemers, hoe groter de te wiinnen prijs! Goed bedacht. We lezen er alles over in het Utrechts Nieuwsblad van 30 juni 1965

Natuurspel in Julianapark

Evenals vorige jaren, heeft de gemeentelijke commissie plantsoenbescherming te Utrecht voor de zomervakantie weer een Natuurspel georganiseerd, dat zich dit jaar geheel in het Julianapark zal afspelen. Het begint donderdag 1 juli, einddatum dinsdag 31 augustus.

Men kan aan dit spel meedoen door voor een kwartje een deelnemersboekje te kopen bij het stadhuis, kamer 53, VVV-bureau Rijkade, bij de speeltuinleiders van Transwijk, Merwedekade, Boisotstraat, Jong Leven (Stauntonstraat), Cervanteslaan en Bankaplein, bij de gemeentelijke inspectie lager onderwijs, Wilhelminapark 27a en het voormalig gemeentehuis van Zuilen.

Het boekje bevat naast de voorgeschreven wandeling door het Julianapark 22 vragen, die met goed observeren en enige kennis van de omgeving volgens de gemeente, niet zo heel erg moeilijk te beantwoorden zijn.

Hoe meer inzendingen er bij het bureau jeugdzaken van het stadhuis binnenkomen, of liever gezegd hoe meer deelnemersboekjes er worden verkocht, des te waardevoller zijn de prijzen. De eerste prijs is 35 procent van de totale opbrengst van de boekjes, de tweede prijs 25 procent en de derde prijs 15 procent. Verder is er een aantal kleinere prijzen ter gezamenlijke waarde van 10 procent van de opbrengst.

Natuurspel

Mevrouw van der Horst in het Julianapark bij de papagaaien. Het lijkt alsof zij zegt: ‘Kijk, dat is nou een papegaai…’ Dat zou natuurlijk heel mooi passen bij dit knipsel, maar ja, de foto is helaas zonder geluid. (En ze heeft ook geen boekje in de hand, dus ik denk niet dat zij meedoet aan het natuurspel.) Overigens: heeft iemand nog zo’n boekje bewaard? Daar maakt u het Museum van Zuilen heel blij mee!